Een aantal zogenaamde Marokkanen Gemeenten (welke zot heeft deze titel bedacht?) weigert met de minister harde prestatieafspraken te maken in ruil voor een paar miljoen aan subsidie om problemen aan te pakken, die verbonden zijn met Marokkaanse jongeren. De radio stond er gisteren bol van. Maar al werden de nieuwsrubrieken minuten lang met deze zwaarwegende mededeling gevuld: nog steeds weet ik als luisteraar niet waarom die gemeenten geen harde afspraken willen maken. Er waren tijden, dat de jongens en meisjes van Het Journaal (de radioversie) de telefoon pakten en aan zo’n gemeente vroegen: waarom bent u niet bereid de minister tegemoet te treden? Als het nieuws belangrijk genoeg is om het te melden, is het ook belangrijk genoeg om uit te zoeken wat er precies aan de hand is. Maar nee… Daarom moet ik gissen. Ik kan maar een paar redenen bedenken: de betreffende gemeentes willen wel het geld, maar hebben geen zin om het te besteden voor het doel waarvoor het bestemd is. Dat valt dan niet te billijken. Mogelijk hebben ze geen zin om hun boterzachte niet-werkende beleid te vervangen voor een wat hardere wel efficiente aanpak. Ook dan heeft de minister het volste recht om de knip op de portemonnee te houden. Het kan ook zijn, dat succes bij dit soort ingewikkelde problemen niet gegarandeerd kan worden en dan leiden “harde prestatieafspraken” tot onzinbeleid, vooral als de overheid resultaten eist, maar zelf verzuimt de condities te scheppen waarbinnen die resultaten behaald kunnen worden. Zo werd de politie ooit verplicht om een bonnenquotum te halen, hetgeen leidde tot achter dikke bomen verscholen politieagenten, die kinderen betrapten op het rijden met een knipperend achterlicht, terwijl het volgens de politie permanent hoort te branden of bejaarden bekeurden voor snelheidsovertredingen van 4,5 kilometer. In de tijd dat het quotum bij elkaar gevist moest worden bleef de criminaliteitsbestrijding even liggen. Ook het Commissariaat voor de Media laat zien dat afrekenen op statistieken leidt tot kafkiaanse toestanden. De publieke omroep moet ruim 100.000 euro boete betalen omdat een aantal keren de maximaal toegestane hoeveelheid reclamezendtijd per uur is overschreden. En hoe kwam dat volgens de NPO? Omdat life-uitzendingen soms uitlopen, waarna een reclameblok net in het volgende uur wordt uitgezonden in plaats van het vorige uur. In dat blok is er dan een overschrijding van de toegestande zendtijd, maar in het vorige blok dus een onderschrijding. Het is toch niet goed te geloven, dat intelligente mensen zich bezighouden met het uitschrijven van boetes voor dit soort, puur theoretische vergrijpen? Hebben we niets beters te doen? De daadkracht van het Commissariaat staat in schril contrast tot et gebrek aan dapperheid van De Nederlandsche Bank, die door niet in te grijpen in een paar bekende kwesties honderden simpele spaarders dupeerde. De prioriteiten worden raar gesteld dezer dagen.
Ton Verlind
コメント