Het nieuws over het schip met asielzoekers dat kapseisde voor de Griekse kust laat me niet los. Vijfhonderd opvarenden zijn volgens de laatste berichten nog zoek, vierhonderd doden. Een afschuwelijk menselijk drama dat tot minder opwinding heeft geleid dan je zou verwachten. We raken er aan gewend. Misschien zien we het als een onvermijdelijkheid in een poging de asielstroom te stoppen. Het blijkt ook aan de veilige keukentafel een moeilijk onderwerp, heb ik gemerkt. We weten wel wat daar gebeurd is, ook al zijn de onomstotelijke bewijzen nog niet geleverd. De Griekse kustwacht draagt er, al dan niet in stilzwijgende opdracht van autoriteiten toe bij dat deze oversteken tot een helletocht worden met dit rampzalige gevolg als consequentie. In gewoon Nederlands -maar ik durf het nauwelijks uit te spreken- zorg ervoor dat de kans op een succesvol eind wordt verkleind zodat de asielstroom wordt ontmoedigd, ook al kost dit honderden levens.
Gebrek aan lef
We zijn zo politiek correct! We hebben niet het lef om met politieke middelen paal en perk te stellen aan de ongelimiteerde stroom vluchtelingen en houden zo een onmenselijke loterij in stand met een (kleine) kans op een beter bestaan als hoofdprijs en vele doden als bijkomende schade. Zolang die kans op succes blijft, zullen de smokkelaars hun levende have voor vijfduizend euro per persoon blijven aanvoeren. Zullen er (steeds meer) mensen onder vreselijke omstandigheden omkomen en zal de asielstrijd op zee worden uitgevochten, onttrokken aan het zicht, vijfenzeventig kilometer uit de Griekse kust. Waar instanties waar wij van dénken dat ze helpers in nood zijn, de vuilste strijd van de geciviliseerde Europese wereld uitvechten, op de oorlog in Oekraïne na. Omdat het ons aan lef ontbreekt om de poorten naar het hemelrijk uit zelfbehoud te sluiten. Nederland staat in de top van toelaters. Negentig van de honderd asielaanvragen worden hier toegewezen, tien procent afgewezen, maar zoals we weten: erg succesvol in het uitzetten zijn we niet.
Pervers
Columnist Martin Sommer wijdde er in de Volkskrant een beschouwing aan en liet zich inspireren door de visie van socioloog Johan Goudsblom die er een boek, De Asielloterij, over schreef. Sommer zegt in zijn column: ‘De progressieve denkfout, is dat het recht op asiel in Europa zelf moet worden uitgeoefend. Dat is ogenschijnlijk barmhartig en hoogstaand, maar komt neer op de bestendiging van de huidige, perverse gang van zaken. De boten zullen blijven komen zolang één voet op Europese grond inderdaad betekent: blijven’.
Met onze calvinistische behoefte om politiek correct ‘goed te doen’, gelardeerd met gebrek aan lef werkelijk te doen wat gedaan moet worden, dragen we bij aan rampen zoals zich in de Griekse wateren voltrekken. ‘Pas als het lukt om kansloze asielzoekers linea recta terug te sturen, verdwijnt de lust om op de rubberboot naar Lampedusa te stappen’, schrijft Sommer. Australië geeft het voorbeeld. Wie zich daar aan de kust meldt wordt onverbiddelijk naar een afgelegen eiland gestuurd. Het was een door rechts geïnspireerde maatregel, inmiddels overgenomen door de linkse Labor-regering, juist om verdrinkingsdoden tegen te gaan. ‘Sindsdien is er niemand meer verdronken’, aldus Sommer in zijn column. De Australische autoriteiten zetten de mensensmokkelaars goeddeels buiten spel en namen zelf de regie over wie wordt toegelaten en wie niet. De vraag welke bijdrage een asielzoeker kan leveren aan de samenleving waarvan hij deel wil uitmaken is daarbij maatgevend. Dat is hard, maar minder onmenselijk dan ter ontmoediging boten laten kapseisen.
Comments